Maak je eigen wormenpoep!

Amsterdammers zijn niet zo goed in afval scheiden. We scheiden slechts 12,4% van ons afval (zonder grofvuil), blijkt uit De Gezonde Stad Monitor. Dat ligt natuurlijk niet alleen aan jou! In onze kleine stadsappartementen is er weinig ruimte voor allerlei verschillende afvalbakken en er zijn lang niet altijd genoeg voorzieningen om je gescheiden afval naar toe te brengen. Een goede manier om jouw afvalstroom te verminderen, is door zelf je keukenafval te composteren.

Wormen weten wel raad met jouw organische afval. Deze kleine rakkers werken keihard om jouw schillen te verteren. Hun poep vormt een hele vruchtbare substantie die super gezond is voor je tuin- of kamerplanten! Dankzij de micro-organismen in de ontlasting van de wormen groeien je planten sneller en zijn ze minder vatbaar voor schimmels en ziektes. Wedden dat wormen binnenkort jouw favoriete huisdier zijn?

Je kunt natuurlijk een kant-en-klare wormenemmer kopen, maar het is ook heel eenvoudig om er zelf een te maken. Je hebt alleen maar twee plastic emmers, een passend deksel en een boor nodig. Le Compostier zet het voor je op een rijtje:

1. Boor gaatjes in de bodem, zijkanten en deksel van een van beide emmers. De gaatjes in de bodem zijn bedoeld om het vocht weg te laten lopen. De gaatjes in de zijkanten en deksel zorgen voor zuurstof en ventilatie.
2. Plaats de emmer met gaatjes in de andere emmer. Een steen op de bodem van de onderste emmer zorgt voor een beetje ruimte tussen beide bakken. De onderste emmer is bedoeld om het overtollige vocht op te vangen. Dit vocht kun je weer gebruiken als vloeibaar voedsel voor je kamerplanten, wel even verdunnen met water!
3. Maak in een kom een mixje van karton, papier (geen glossy papier) en water. Laat het mengsel een tijdje weken. Daarna knijp je het goed uit totdat er geen water meer uitkomt. Maak de prop karton een beetje los en verdeel het over de bodem van de geperforeerde emmer in een laag van ongeveer 10 centimeter. Leg eerst een vel keukenpapier over de gaatjes van de geperforeerde emmer zodat de gaatjes niet verstoppen en de wormen niet ontsnappen. Bovenop de zachte kartonlaag voeg je wat ‘levend materiaal’ toe. Dat kan bestaande compost zijn, wat voedzame aarde uit je groentetuin of wat grond uit het bos. Vul de bak verder aan met een laagje stro, herfstbladeren, krantensnippers of fijne takjes.
4. Zet de emmer op een warme, donkere plek (tussen de 15 en 30 graden celsius), maar nooit in de volle zon! Nu is het tijd om een handvol wormen toe te voegen. Laat het composteerfeestje maar beginnen!

De compost is klaar als het donkerbruin is en naar verse bosgrond ruikt. Een handjevol gedroogde compost is een waar feestje voor de planten in je huis, in je tuin of op je balkon. Je planten zullen je dankbaar zijn en je hebt ook nog eens je steentje bijgedragen aan een minder grote afvalstroom in de stad. Goed bezig!

Compostwormen (Eisenia Fetida) kun je online bestellen, bijvoorbeeld via de website van Balkonton. Maar je kunt ook wat wormen vragen aan iemand die al een wormenemmer of wormenbak heeft. Of je kunt ze zelf zoeken in een composthoop. De dunne rode wormen die je daar aantreft zijn meestal het juiste type. De wormen zorgen ervoor dat je afval sneller wordt omgezet, en verbeteren bovendien meteen de kwaliteit van je compost.

• Wacht de eerste paar dagen even met het toevoegen van vers GFT-afval aan de emmer, zodat je nieuwe huisdieren even rustig kunnen wennen aan hun nieuwe huis.
• Voed de wormen daarna met kleingesneden rauw groenteafval, fruitresten, en koffieprut. De hardwerkende roze beestjes zetten het keukenafval om in heerlijke, voedzame wormenpoep. Geef ze niet te veel voedsel in één keer, want dan kunnen ze het niet bijhouden.
• Meng de verse schillen met de inhoud van de emmer, of bedek het met een laagje halfvergane compost.
• Geef de wormen geen vlees, zuivelproducten, vet, uien, knoflook, bananenschillen, pasta, brood, citrusfruit, gekookt of gekruid voedsel, want daar worden ze niet blij van.
• Zorg dat de inhoud van de emmer altijd een beetje vochtig blijft, maar niet te nat. Komen er fruitvliegjes op je emmer af? Voeg dan wat houtkrullen of kartonsnippers toe! Die helpen om de bak wat droger te houden.

Wil je het groter aanpakken? Sluit je dan aan bij een wormenhotel bij jou in de buurt. Door de stad heen zijn een aantal wormenhotels verspreid waar je GFT-afval in kwijt kan. Is er nog niet eentje in de buurt? Vraag dan er dan een aan voor bij jou in de straat! Bijvoorbeeld van Le Compostier, Buurtcompost of Cocasa.

Ben je geen geboren wormenboer? Niet getreurd, want je kan ook gewoon kant-en-klare wormenpoep kopen, bijvoorbeeld van Le Compostier bij Wildernis Amsterdam.